Ouden van dagen te Maastricht kunnen zich nog goed herinneren, dat in de
Kerstnacht om twaalf uur de ramen van de voormalige Augustijnenkerk, nu de Sint
Jozefskerk, aan de Kesselskade plotseling verlicht waren. Dan klonk er in het gebouw ook
een orgelspel en werd er een hoogmis gezongen. Zodra deze was beëindigd ging de poort
langs het kanaal vanzelf open en trok er een processie uit, van Augustijnen die in de ene
hand een brevier hielden en in de andere een brandende flambouw. Statig trokken zij voort
in de richting van de kleine gracht, maar alles onder doodse stilte. Tegen een uur keerde
de processie weer terug en klokslag een uur sloot de poort zich weer vanzelf. |